top of page

Klanklessen

 

Elke week staat er een klank centraal in onze klassen. We volgen hierbij het schema van José Coenen in "Zien is snappen". Elke dag proberen we ongeveer 10 minuten aan de klank te besteden. We laten het roze klankkaartje van José Coenen zien en doen dan "stijgen/dalen" oefeningen met de klank. Ook lezen we een versje voor van "Kijk mijn letter" en we bieden klankkaartjes aan met woorden die meteen ook de woordenschat uitbreiden.

 

Met die klankkaartjes kun je allerlei spelletjes doen zoals memory of "zoek iemand die". Ook natuurlijk auditieve oefeningen zoals "waar hoor je de klank vooraan, in het midden of achteraan?"

 

Bij het maken van klankkaartjes heb ik een aantal tips: aandachtspunten bij het maken van woordkaartjes/klankkaartjes.

 

Verder kun je natuurlijk ook de koppeling maken naar hoe de klank geschreven wordt in het Nederlands, maar ook in de andere thuistalen van de kinderen. Het zijn klankkaartjes met en zonder woorden, zodat je eerst de focus kunt leggen op goed luisteren. Daarna kun je ook het woordbeeld erbij halen en dan zien kinderen dat een bepaalde klank op verschillende manieren geschreven kan worden, bijvoorbeeld bij de klank /j/ is ook het woord yoghurt gebruikt. Met oudere kinderen kun je dan dan het verschil in schrijfwijze behandelen. 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Hier zijn de woorden met aadie we in de klas gebruiken: met en zonder woorden in één bestand. 

 

Hier zijn de woorden met eedie we in de klas gebruiken: met en zonder woorden in één bestand.

 

Hier zijn de woorden met oodie we in de klas gebruiken: met en zonder woorden in één bestand. 

 

Hier zijn de woorden met uudie we in de klas gebruiken: met en zonder woorden in één bestand. 

 

Hier zijn de woorden met iedie we in de klas gebruiken: met en zonder woorden in één bestand. 

 

Hier zijn de woorden met eudie we in de klas gebruiken: met en zonder woorden in één bestand.

 

Hier zijn de woorden met oedie we in de klas gebruiken: met en zonder woorden in één bestand. 

 

Hier zijn de woorden met adie we in de klas gebruiken: met en zonder woorden in één bestand. 

 

Hier zijn de woorden met edie we in de klas gebruiken: met en zonder woorden in één bestand. 

 

Hier zijn de woorden met idie we in de klas gebruiken: met en zonder woorden in één bestand. 

 

Hier zijn de woorden met de o die we in de klas gebruiken: met en zonder woorden in één bestand. 

 

Hier zijn de woorden met de  u die we in de klas gebruiken: met en zonder woorden in één bestand. 

 

Hier zijn de woorden met P die we in de klas gebruiken: met en zonder woorden in één bestand. 

 

Hier zijn de woorden met t die we in de klas gebruiken: met en zonder woorden in één bestand. 

 

Hier zijn de woorden met k die we in de klas gebruiken: met en zonder woorden in één bestand. 

 

Hier zijn de woorden met ou - au die we in de klas gebruiken: met en zonder woorden in één bestand. 

 

Hier zijn de woorden met ei-ij die we in de klas gebruiken: met en zonder woorden in één bestand. 

 

Hier zijn de woorden met ui die we in de klas gebruiken: met en zonder woorden in één bestand. 

 

Hier zijn de woorden met m die we in de klas gebruiken: met en zonder woorden in één bestand. 

 

Hier zijn de woorden met n die we in de klas gebruiken: met en zonder woorden in één bestand. 

 

Hier zijn de woorden met ng die we in de klas gebruiken: met en zonder woorden in één bestand. 

 

Hier zijn de woorden met bdie we in de klas gebruiken: met en zonder woorden in één bestand. 

 

Hier zijn de woorden met ddie we in de klas gebruiken: met en zonder woorden in één bestand. 

 

Hier zijn de woorden met fdie we in de klas gebruiken: met en zonder woorden in één bestand. 

 

Hier zijn de woorden met sdie we in de klas gebruiken: met en zonder woorden in één bestand. 

 

Hier zijn de woorden met gdie we in de klas gebruiken: met en zonder woorden in één bestand. 

 

Hier zijn de woorden met vdie we in de klas gebruiken: met en zonder woorden in één bestand. 

 

Hier zijn de woorden met zdie we in de klas gebruiken: met en zonder woorden in één bestand. 

 

Hier zijn de woorden met G(van Google, graffiti en goal) die we in de klas gebruiken: met en zonder woorden in één bestand. 

 

Hier zijn de woorden met ldie we in de klas gebruiken: met en zonder woorden in één bestand. 

 

Hier zijn de woorden met rdie we in de klas gebruiken: met en zonder woorden in één bestand. 

 

Hier zijn de woorden met hdie we in de klas gebruiken: met en zonder woorden in één bestand. 

 

Hier zijn de woorden met jdie we in de klas gebruiken: met en zonder woorden in één bestand. 

 

Hier zijn de woorden met wdie we in de klas gebruiken: met en zonder woorden in één bestand. 

 

Hier zijn de woorden met sjwa die we in de klas gebruiken: met en zonder woorden in één bestand. 

 

 

 

 

bottom of page